Adviesbureaus ECN en DNV KEMA hebben in een nieuwe studie de adviesbedragen voor de subsidieregeling SDE+ 2014 gepubliceerd. Hieruit blijkt dat er voor een kWh zonne-energie (veel) meer subsidie nodig is dan voor wind op land. Dit komt vooral omdat windturbines steeds efficiënter worden. De basisbedragen van wind op land variëren tussen de 7 eurocent en 12,2 eurocent per kWh. Wind op zee varieert tussen 13,5 eurocent en 15 eurocent per kWh. De prijs van zonne-energiesystemen wordt geraamd op 13,4 €ct/kWh. Wel gaan – naar verwachting – de prijzen van zonne-energiesystemen de komende jaren verder dalen.
Adviescijfers
Het rapport is in opdracht van het
ministerie van Economische Zaken (EZ) opgesteld. TNO heeft geadviseerd op het
gebied van geothermie. De basisbedragen (per kWh) zijn de productiekosten om
met duurzame bronnen elektriciteit, gas of warmte op te wekken. Deze
productiekosten zijn niet direct gerelateerd aan de prijzen van fossiele
brandstoffen zoals kolen, gas en olie. Vooralsnog is het goedkoper om grijze
stroom te produceren (tussen de 5 en 6 cent per kWh). Subsidies zijn dus nodig
om duurzame elektriciteit marktconform te krijgen. Onderstaande bedragen zijn
adviescijfers. De markt heeft nu kans om op deze bedragen te reageren. In het
najaar worden de definitieve bedragen vastgesteld.
Wind – en
zonne-energie
In het kort de adviesbedragen voor
de duurzame bronnen waar we regelmatig over berichten:
Wind op land
Om tot de basisbedragen voor de categorieën voor windenergie op land te komen, worden verschillende type windturbines met bijbehorende investeringen gebruikt. De prijsdaling van 2013 zet zich ook in 2014 voort met 5 à 10 procent ten opzichte van het prijsniveau van het voorgaande jaar. De onderzoekers zeggen hierover: ‘Voor wind op land ≥ 6 MW correspondeert 2900 vollasturen met een uiterst windrijke omgeving. Een basisbedrag van 9,0 €ct/kWh kan bij zulke turbines bereikt worden bij 3100 vollasturen. Bij een basisbedrag van 8,0 €ct/kWh horen 3600 vollasturen. Een SDE+-beschikking van 8,0 €ct/kWh en maximering op 3600 vollasturen leidt naar inzicht van ECN en DNV KEMA niet tot overstimulering bij turbines van ten minste 6 MW, ofschoon 3600 vollasturen niet meer realistisch is bij het gemiddelde Nederlandse windaanbod. Voor wind in meer (en wind op zee) zijn basisbedragen van 11 €ct/kWh of lager niet realistisch’.
Om tot de basisbedragen voor de categorieën voor windenergie op land te komen, worden verschillende type windturbines met bijbehorende investeringen gebruikt. De prijsdaling van 2013 zet zich ook in 2014 voort met 5 à 10 procent ten opzichte van het prijsniveau van het voorgaande jaar. De onderzoekers zeggen hierover: ‘Voor wind op land ≥ 6 MW correspondeert 2900 vollasturen met een uiterst windrijke omgeving. Een basisbedrag van 9,0 €ct/kWh kan bij zulke turbines bereikt worden bij 3100 vollasturen. Bij een basisbedrag van 8,0 €ct/kWh horen 3600 vollasturen. Een SDE+-beschikking van 8,0 €ct/kWh en maximering op 3600 vollasturen leidt naar inzicht van ECN en DNV KEMA niet tot overstimulering bij turbines van ten minste 6 MW, ofschoon 3600 vollasturen niet meer realistisch is bij het gemiddelde Nederlandse windaanbod. Voor wind in meer (en wind op zee) zijn basisbedragen van 11 €ct/kWh of lager niet realistisch’.
Wind op zee
Het geadviseerde basisbedrag voor wind op zee bij een gemiddelde waterdiepte kleiner dan 10 meter ligt op 13,5 €ct/kWh. Het basisbedrag voor wind op zee bij een gemiddelde waterdiepte groter dan 10 meter bedraagt indicatief circa 15 €ct/kWh voor de gunstigste locatie. De productiekosten voor wind op zee hangen sterk af van de locatie en zijn berekend onder de aanname van een individuele aansluiting op net voor rekening van de projectontwikkelaar.
Het geadviseerde basisbedrag voor wind op zee bij een gemiddelde waterdiepte kleiner dan 10 meter ligt op 13,5 €ct/kWh. Het basisbedrag voor wind op zee bij een gemiddelde waterdiepte groter dan 10 meter bedraagt indicatief circa 15 €ct/kWh voor de gunstigste locatie. De productiekosten voor wind op zee hangen sterk af van de locatie en zijn berekend onder de aanname van een individuele aansluiting op net voor rekening van de projectontwikkelaar.
Zonne-energie
De referentie-installatie voor zon-PV is ten opzichte van het eindadvies SDE+ 2013 niet gewijzigd: er wordt uitgegaan van een dakgebonden systeem van 100 kWp. Deze hebben begin 2013 in Nederland een prijsniveau van ongeveer 1185 €/kWp. De onderzoekers hebben rekening gehouden met mogelijke vermogensafname. Verder wereldwijde prijsdalingen van deze systemen leidt – op termijn – tot lagere investeringskosten van 1075 €/kWp tegen het einde van 2015, zo verwachten de onderzoekers. ‘Dit correspondeert met een daling van het basisbedrag ten opzichte van het advies vorig jaar tot 13,4 €ct/kWh’.
De referentie-installatie voor zon-PV is ten opzichte van het eindadvies SDE+ 2013 niet gewijzigd: er wordt uitgegaan van een dakgebonden systeem van 100 kWp. Deze hebben begin 2013 in Nederland een prijsniveau van ongeveer 1185 €/kWp. De onderzoekers hebben rekening gehouden met mogelijke vermogensafname. Verder wereldwijde prijsdalingen van deze systemen leidt – op termijn – tot lagere investeringskosten van 1075 €/kWp tegen het einde van 2015, zo verwachten de onderzoekers. ‘Dit correspondeert met een daling van het basisbedrag ten opzichte van het advies vorig jaar tot 13,4 €ct/kWh’.
Prijseffecten
importtarieven
De prijseffecten van de voorlopige
importtarieven vanuit de EU op Chinese zonnepanelen, zijn niet in bovenstaande
bedragen verwerkt. ECN durft zich daar niet over uit te spreken. Meer in het
algemeen verwachten de onderzoekers de komende prijsontwikkelingen voor
zonne-energie:
- Prijzen dalen de komende jaren in een gematigder tempo dan voorheen
- De mogelijke antidumpheffingen zorgen voor onzekerheid in de markt. Deze onzekerheid heeft de afgelopen maanden tot beperkte prijsstijgingen geleid
- Marges van veel producenten (zie bijvoorbeeld Suntech) staan onder druk
- Volatiele markt: marktaandelen van producenten zijn volop in beweging, nog veel faillissementen en overnames te verwachten.
- Komende jaren bepalend voor sector. ECN adviseert bedrijven om hun financiële positie te versterken en nieuwe afzetmarkten aan te boren.
Mocht de EU besluiten tot
importtarieven, die oplopen tot 67 procent, dan leidt dit tot een hogere
kWh-prijs voor zonne-energiesystemen. Dit betekent een klap voor de Nederlandse
zonne-energiebranche. Uit een eerste inventarisatie onder de leden
van Holland Solar blijkt dat een groot deel van de branche afhankelijk is van
import uit China.
Bron: DNV KEMA
